Interview met oud-bieleman Bennie Jolink

Je bent zo’n twaalf jaar bieleman geweest in Hummelo. Vertel daar eens iets over.

Ik heb die tijd heel wat meegemaakt. Eigenlijk teveel om op te noemen, maar veel verhalen zijn jammer genoeg niet zo geschikt voor publicatie.

Je kunt rustig stellen dat Hans van de kapper (Harmsen) het hele Bielemansgebeuren weer op poten heeft gezet. De eerste keer dat ik Bieleman was (het precieze jaartal weet ik niet meer) was dat met Hans en Henk(ie) Wolters en dat hadden we onder leiding van Hans bliksems goed doorgesproken op vele vergaderingen en zelfs nog een studiereis naar Bronkhorst. Het doel, de geschiedenis en wat je wel (dat was heel wat) en wat je niet zou moeten doen.
We hadden een Zündapp brommer met zijspan gebouwd, waarmee we, ’s morgens meteen na de opening van de optocht vanaf de school naar café Besselink scheurden, Henk aan het stuur, Hans in het zijspan, ikke achterop. Maar toen we de keuze hadden rechtsaf de Bakkerstraat in of rechtdoor naar Overbeek, riep ik ‘rechtdeur’ omdat ik dacht dat we nog even moesten tanken en Hans riep rechts om zo snel mogelijk bij Besselink te zijn. Henk koos de (niet erg gulden) middenweg. Resultaat: de hele tuinmuur van Dies de Vries aan stukken in ’t rond, de Zündapp helemaal krom en drie Bielemans met diverse, minder ernstige verwondingen op de rug bij Dies in de tuin. Enzovoort, enzovoort. En dan heb ik het alleen nog maar over het begin van de eerste keer Bieleman wat mezelf betreft.

Het was elk jaar weer wat anders. Zo wilden we een keer na de prijsuitreikingen bij het Tuinhuis weer in de Bielemansauto stappen en bleek de auto ‘gekidnapt’. Mensen hadden de auto weg zien scheuren met twee man erin. Gelukkig is alles goed afgelopen, maar dit joyriden had een hoop gedonder kunnen geven als er ongelukken veroorzaakt zouden zijn. De auto was namelijk speciaal ‘gekeurd’ (geen APK) door de politie en een verzekeringsman, maar mocht dan natuurlijk alleen door een speciaal geïnstrueerde chauffeur bestuurd worden. Dit instrueren kwam er op neer dat er even ‘verstandig gepraat’ werd met de chauffeur.

Nog een sterk staaltje van Hans van de Kapper: ’s Woensdagmorgens om 6.00 uur moesten we van hem al bij Wolters in de Korte Broekstraat zijn om het Bielemansvervoermiddel af te maken. Hans vertelde heel stoer dat het al ‘sinds de middeleeuwen’ de traditie was dat men dan eerst begon met een glas klare jenever achterover te slaan. Vreselijk om 6.00 uur, maar ja traditie is traditie, en als Hans het zegt…
Wie denk je dat er even later buiten stond te kotsen? Hans natuurlijk.

Het bielemanschap was prachtig, maar het was tevens topsport. Ik moest er uiteindelijk mee stoppen omdat het lichamelijk te zwaar werd om het te combineren met de optredens van Normaal. Ook kon ik het voor de rest van band niet maken om zoveel tijd met de voorbereidingen van de Hummelse kermis bezig te zijn.

Vorig jaar wist je de kop van de vogel eraf te schieten en stond je bij de graaf op het gras. Was je dit al eens eerder gelukt?

Nee. Ik schiet al sinds 1973 mee, maar ben nog nooit eerder in de prijzen gevallen. Ik heb altijd serieus geprobeerd de vogel eraf te schieten en ik heb er nooit naast geschoten! Ik hoop nog steeds een keer koning van Hummelo te worden.

Veel plaatsen vieren een kermis, volksfeest of schuttersfeest. Wat maakt de Hummelse Kermis nu zo bijzonder?

De authenticiteit, de tradities die in verhouding tot andere plaatsen zo goed in stand zijn gehouden. Dit is natuurlijk voor een groot deel te danken aan de grafelijke familie. Door het feodalisme is uiteindelijk alles goed ‘onderhouden’ gebleven.

Is de Hummelse kermis veel veranderd in de afgelopen 60 jaar?

Jawel. Eén van de meest in het oog springende zaken is wel dat de prachtige Belgische paarden van vroeger nu vrijwel allemaal vervangen zijn door manegepaarden. Jammer.

Wat moet er gedaan worden om belangrijke tradities in ere te houden?

Je moet oppassen met vernieuwingen. Bepaalde dingen moet je absoluut niet willen veranderen. Er moet altijd een soort rode draad blijven, iets herkenbaars. Op zich ben ik heel progressief, maar mooie tradities moet je ‘puur’ houden!

Door strengere regelgevingen wordt het steeds moeilijker om evenementen als ons volksfeest te organiseren. Er is bijvoorbeeld een speciale vergunning voor het vogelschieten vereist. Wat vind jij hiervan?

Om sommige veranderingen kun je niet heen. Ik snap het wel, maar ik vind het bijvoorbeeld erg jammer dat er een kogelvanger nodig is bij het vogelschieten (dit is net zoiets als een geluidsdemper op een viertaktmotor). Vroeger kwamen de kogels van het vogelschieten soms vlak bij mijn huis terecht. Omdat het hele dorp op de kermis was, kon er toch niets gebeuren. In andere landen om ons heen hebben ze geen kogelvangers, maar plaatsen ze waarschuwingsborden als er geschoten wordt. Dit heeft toch wel wat.

Naast in ‘Normaal’ speel je ook in de ‘Motorband’. Kunnen we in de toekomst ook een optreden van je verwachten op de Hummelse kermis met een ‘Kermisband’?

Nou nee, ik denk ‘t niet. De tweede woensdag in september staat bij ons op het Normaalkantoor aangemerkt als een dag waarop nooit gespeeld wordt. Van de andere kant moet je natuurlijk nooit ‘nooit’ zeggen; ik had vroeger ook nooit kunnen denken dat ik ooit nog eens een concert met een ‘Kerkband’ in de Hummelose kerk zou geven.

Gepubliceerd in het programmaboekje van 2007